Heup

Wat is een biarticulaire heupprothese?

Een biarticulaire heupprothese wordt geplaatst bij een breuk van de heup. Hierbij wordt enkel een prothesesteel in het dijbeen geplaatst. Op de kleine heupkop wordt een grotere mobiele kop geplaatst, die precies in de oorspronkelijke kom past. Hier wordt dus geen metalen kom in het bekken geplaatst. Dit type prothese wordt veel gebruikt bij behandeling van een breuk van de heup bij oudere mensen. Bij jonge en actieve patiënten met een breuk van de heup wordt vaak gekozen om de heup te behouden en de breuk zelf te repareren met schroeven (osteosynthese). Of er wordt gekozen voor een volledige heupprothese.


Wat is een resurfacing heupprothese?

Bij een resurfacing van de heup wordt geen prothesesteel in het dijbeen geplaatst, maar wordt er over het bot van de oorspronkelijke heupkop een nieuwe metalen kop geplaatst. Bij dit type prothese wordt ook de pan vervangen zoals bij een volledige heupprothese, maar in dit geval is dit een metalen pan met een grote diameter. Een resurfacing wordt op onze dienst enkel geplaatst bij jonge en actieve patiënten met sterk en goed bewaard bot. 

Er zijn een aantal strikte voorwaarden waaraan voldaan moet worden om te beslissen tot een resurfacing prothese. Indien hier niet aan voldaan kan worden, plaatsen wij een normale totale heupprothese zoals eerder beschreven.



Wat is de 'minimal invasive' toegang voor een heupprothese?

De term 'minimal invasive' of minimaal invasief staat voor de techniek waarmee een heupprothese wordt geplaatst. Hiermee wordt bedoeld dat er zo weinig mogelijk weefsels (spieren en pezen) rond de heup worden beschadigd bij het plaatsen van de prothese.

Er zijn verschillende soorten technieken ontwikkeld om dit te doen. In het ASZ Aalst maken wij gebruik van de 'anterieuretoegang. Dit wil zeggen dat wij via de voorkant naar het heupgewricht gaan. Deze toegang werd reeds begin vorige eeuw ontwikkeld door Hueter om een geïnfecteerde heup te spoelen. Men is deze techniek, met groot succes, ook gaan gebruiken voor heupprothesen.

Men gaat tussen de spieren door in plaats van ze los te maken. Het grote voordeel hiervan is dat er veel minder pijnklachten zijn en dat hierdoor de revalidatie de eerste zes weken veel vlotter verloopt in vergelijking met een klassieke operatie. Daarnaast kan de insnede ook kleiner gemaakt worden, al is dat zeker niet het hoofddoel van dit type ingreep.

Op onze dienst wordt deze techniek gebruikt door Dr. J. Van Overschelde en Dr. M. Raaijmaakers. Beiden gebruiken deze techniek al jaren voor reeds honderden heupprothesen. Alle primaire (eerste) heupprothesen voor bijvoorbeeld artrose of avasculaire necrose maar ook een biarticulaire prothese in het geval van een breuk van de heup, worden via deze techniek geplaatst. 

Hoe lang moet ik in het ziekenhuis blijven na een heupprothese?

De meesten patiënten blijven 1 tot 3 dagen in het ziekenhuis. De hospitalisatieduur hangt natuurlijk af van patiënt tot patiënt. Het is ook mogelijk om na de opname naar een revalidatiecentrum te gaan. Het ASZ beschikt over een eigen gespecialiseerde revalidatieafdeling in het ASZ campus Wetteren.

Probleem met een metaal-op-metaal heupprothese?

In het verleden werden ook in onze dienst een aantal metaal-op-metaal heupprotheses van het type ASR (De Puy) geplaatst, waarbij recent problemen werden vastgesteld. De patiënten die dit type heupprothese kregen ingeplant, werden schriftelijk door onze dienst verwittigd. 

Sinds duidelijk werd dat metaal-op-metaal prothesen voor problemen konden zorgen, is men op onze dienst gestopt met het plaatsen van dit type prothese. Dr. M. Raaijmaakers en Dr. J. Van Overschelde, die nu de heupprothesen plaatsen, hebben dit type prothese overigens nooit gebruikt. Zij maken wel gebruik van de minimal invasive-toegang maar met een keramiek-op-keramiek of keramiek-op-polyethyleen prothese. 

Verdere informatie wordt verstrekt door de firma DePuy Johnson & Johnson op het gratis nummer 0800 40422.

Er wordt door deze firma een gratis terugbetaling voorzien van alle consultaties, onderzoeken en zo nodig heringreep. Dit na toekenning van een speciaal dossiernummer waarmee de terugbetaling van alle kosten zal gebeuren.

De problemen die kunnen ontstaan bij de metaal-op-metaal prothese worden veroorzaakt door een reactie van het lichaam op vrijgekomen metaalpartikels (ALVAL : aseptic lymphocyte dominated vasculitis associated lesion). Deze metaalreactie kan het bot en de spieren rond de prothese verzwakken waardoor deze loskomt. Deze reactie treedt overigens niet bij iedereen op, dus een groot deel van de patiënten zal nooit last ondervinden.

Wat moet er gebeuren ?

Indien er bij jou een metaal-op-metaal prothese geplaatst werd, moet er een bloedafname gebeuren waarbij de concentratie van cobalt en chroom bepaald wordt. Indien deze waarden normaal zijn en je hebt geen klachten, gebeurt best een jaarlijkse controle. De klachten die kunnen ontstaan zijn: pijn in de heup of lies bij het plooien of belasten van de heup of pijn bij het stappen. Sommige patiënten vermelden ook een zwelling in de lies.

Wanneer de waarden verhoogd zijn, moeten verdere onderzoeken plaatsvinden. Deze onderzoeken dienen overigens altijd te gebeuren indien je klachten hebt, ook zonder stijging van de metaalionen.

Deze onderzoeken worden gedaan om vochtophoping in de heup of een weefselreactie rond de heup aan te tonen. Dit kan met een echografie of een specifieke MRI-scan (metal artefact reduction sequence of MARS MRI). In sommige gevallen zal op de operatiezaal een punctie van de heup uitgevoerd worden om het vocht te onderzoeken. Daarnaast kan een CT-scan gevraagd worden om het botverlies rond de kom in te schatten en een botscintigrafie om de fixatie van de prothese te beoordelen.

Indien er klachten zijn en de onderzoeken duiden op een metaalreactie, en zeker indien de metaalionen in het bloed duidelijk verhoogd zijn, dient een deel van de prothese vervangen te worden (revisie operatie). Deze ingrepen worden uitgevoerd door Dr Raaijmaakers en Dr Van Overschelde. Vaak volstaat het om enkel de kom en de kop te vervangen en kan de steel ter plaatse blijven. Er wordt dan een nieuwe kom geplaatst met een keramiek of polyethyleen liner en een nieuwe keramische kop op de bestaande steel.

Het is echter belangrijk om je heupprothese te laten controleren indien er klachten ontstaan! Indien er een metaalreactie aanwezig is, kan deze het bot rond de prothese verzwakken waardoor een revisie ingreep moeilijker kan worden naarmate je langer wacht.

Wat zijn de mogelijke complicaties na een heupprothese?

Infectie: ter preventie worden antibiotica toegediend tijdens de ingreep. Het risico op infectie is niet groter dan bij andere ingrepen.

Flebitis en trombose: door weinig te bewegen kan er een ontsteking van de aders (flebitis) of stolselvorming (trombose) optreden. Om dit te voorkomen, wordt bloedverdunnende medicatie gegeven (spuitjes). Bij patiënten met antecedenten van trombose/longembolen worden ook anti-trombosekousen aangemeten. Veel bewegen met de voeten helpt het ontstaan van trombose/embolen te voorkomen.

Luxatie: dit betekent dat de kop van de kunstheup uit de pan schiet. Met de huidige operatietechniek (minimaal invasief) is die kans zeer klein. De kans hierop is het hoogst de eerste zes weken na de operatie. Het is belangrijk dat u zich goed aan de instructies van de kinesitherapeut en de ergotherapeut houdt.

Lengteverschil: de chirurg probeert bij de operatie de oorspronkelijke stand en lengte van het been te benaderen. Een beperkt verlengen is soms nodig voor de stabiliteit (om de kans op luxatie te beperken). Een lengteverschil kan later met een beperkte verhoging in de schoen gecorrigeerd worden.

Heupprothese: wanneer moet ik contact opnemen met de (huis)arts na ontslag?

Wanneer je koorts maakt (boven 38°C) moet gecontroleerd worden of het gaat om een ontsteking rond de heupprothese of een andere infectie.

  • Zwelling, pijn, roodheid of warm aanvoelen van het onderbeen kan duiden op een ontsteking van de bloedvaten (trombose / flebitis).
  • Wanneer de wonde opgezwollen, rood en pijnlijk is en veel wondvocht geeft, kan dit wijzen op een eventuele ontsteking van de wonde.
  • Ook wanneer je kortademig bent of pijn hebt in de borststreek, dien je jouw huisarts te contacteren. Je huisarts zal dan beslissen of je moet doorverwezen worden naar het ziekenhuis.

Hoelang zal een heupprothese ‘meegaan’?

De huidige heupprothese bestaat uit zeer slijtvast materiaal, maar ook dit is onderhevig aan slijtage. Uit onderzoek is gebleken dat na 10 jaar meer dan 95% van de patiënten de eerste heupprothese nog heeft. Het is dus goed mogelijk dat uw prothese 20 jaar of langer meegaat. Wanneer de prothese ‘versleten’ is, begint deze pijnlijk te worden. In een aantal gevallen is het dan nodig de prothese te vervangen door een nieuwe (revisie).

Is de zwelling normaal na een heupprothese?

De zwelling kan de eerste dagen ontwikkelen en houdt soms 3 tot 6 weken aan. Dit kan wisselen volgens de activiteiten die u uitvoert. De zwelling kan verminderen door uw bed in hoogstand te plaatsen (verhogen aan het voeteind).

Moeten de wonden na een heupprothese thuis nog verzorgd worden?

De thuisverpleegkundige zal de wonde nog verzorgen, al hoeft dit niet dagelijks te gebeuren. De hechtingen worden na 14 dagen verwijderd door uw huisarts of thuisverpleegkundige. Gewoonlijk wordt een oplosbare draad geplaatst, zodat alleen de 2 lusjes aan het wonduiteinde verwijderd moeten worden.

Mag ik de wonden wassen en mag ik in bad met een heupprothese?

Drie dagen na het verwijderen van de hechtingen mag u in principe douchen en de wonde wassen met water en zeep. Met een speciaal verband, dat voorkomt dat de wonde nat wordt, kan je reeds vroeger een douche nemen. In bad gaan, wordt niet toegestaan tot 3 dagen na het verwijderen van de hechtingen. 

Hoelang moet ik de anti-trombosekousen dragen na een heupprothese?

Er worden enkel nog anti-trombosekousen voorgeschreven bij hoogrisicopatiënten Je draagt de kousen tot 6 weken na de ingreep. Deze moeten ook ’s nachts gedragen worden. De anti-trombosekousen verminderen het risico op bloedstolsels. Het is belangrijk om ervoor te zorgen dat er geen plooien in de kousen zitten.

Hoe verloopt de revalidatie na een heupprothese?

De kinesitherapie

De revalidatie start onmiddellijk postoperatief met als doel de beweeglijkheid en het gebruik van de heup te optimaliseren en opnieuw vlot en correct te kunnen stappen.

Om deze doelstellingen te bereiken, starten we reeds de eerste dag met oefeningen en bouwen we dit geleidelijk op tot oefensessies thuis van 20 à 30 minuten, 2 tot 3 maal per dag. Ook stappen wordt progressief opgebouwd, 2 tot 3 maal per dag gedurende een korte periode.

Het in- en uit bed komen zal je oefenen met de kinesitherapeut en ergotherapeut. Je stapt uit het bed langs de zijde van het geopereerde lidmaat. Om terug in het bed te gaan liggen, gebruik je de tegenovergestelde zijde.

De eerste postoperatieve oefeningen:

• circulatie-oefeningen (betere doorbloeding): regelmatig herhalen.
• ademhalingsoefeningen (zo nodig): elk uur 10 keer.
• ijsapplicaties en het been in hoogstand plaatsen door een klein kussen onder de hiel te laten plaatsen. Het ijs kan 5 maal per dag gedurende 10 à 15 minuten aangebracht worden. IJszakken kan je krijgen via de verpleging.

Dit is een basis, maar hierbij horen meer specifieke oefeningen:

Bilspieren opspannen: beide bilspieren gedurende 7 tellen opspannen en 10 maal herhalen, vanuit gestrekte positie. Leg een dun kussentje onder de bil en probeer dit plat te drukken.


Statische quadricepsoefening: statisch spierversterkende oefening voor de bovenbeenspier van het geopereerde been. Leg een klein voorwerp (balletje) onder de knie en probeer dit plat te drukken, dit gedurende 7 tellen. Herhaal 10 maal.

Abductieoefeningen: Je ligt in ruglig op bed. Probeer je benen uit elkaar te schuiven en daarna terug tegen elkaar. Hiermee versterk je de controlerende spieren voor het stappen.

Gestrekt been heffen: iets moeilijker dan de statische spieroefeningen voor de bovenbeenspier. Hierbij is iets meer kracht en coördinatie nodig.

Rechtstaand, geopereerd been opheffen. Neem steun op het looprek met de armen, steun stevig op het niet geopereerde been, en probeer de geopereerde knie te heffen.

Rechtstaand, geopereerd been zijwaarts zwaaien. Neem steun op het looprek met de armen, steun op het niet-geopereerde been, en zwaai het geopereerde been zijwaarts. Probeer die beweging onder controle te houden. Dus het terugzwaaien rem je af.

Rechtstaand, geopereerd been naar achter bewegen/zwaaien. Neem steun op het looprek met de armen, steun op het niet-geopereerde been, en zwaai/beweeg het geopereerde been naar achter.

Gangrevalidatie

Stappen met het looprek: zet eerst het geopereerde been voorwaarts, zet dan het goede been bij. De kinesitherapeut zal je uitleggen hoeveel je mag steunen op jouw geopereerde been.


Stappen met krukken: eerst worden de krukken naar voor gezet. Verplaats uw geopereerde been tussen de krukken. Nadien plaats je het niet-geopereerde been voorbij de krukken. Bij het stappen met één kruk plaats je de kruk aan de niet-geopereerde zijde.


De meer gevorderde oefeningen

Geassisteerde heup- en kniebuiging: het geopereerde been wordt veilig opgehangen boven de behandelingstafel. Je zal de heup gedurende een 15-tal minuten plooien en strekken. Dit is een souplesse-oefening, doe het rustig aan en probeer goed actief mee te werken.


Actieve kniestrekking en circulatie-oefeningen vanop rolkussen: om de bovenste beenspieren te activeren, wordt een actieve kniestrekking gevraagd. De oefening wordt 7 tellen aangehouden en 10 maal herhaald. Circulatie-oefeningen mogen op de kamer meermaals herhaald worden. Maak een pompbeweging en/of cirkels met de beide voeten om de circulatie te bevorderen.


Opspannen van de bilspieren: belangrijk voor een goede houding en om later vlot te kunnen stappen: beide bilspieren gedurende 7 tellen opspannen en 10 maal herhalen, vanuit gestrekte positie.

Actieve buigoefening op de pendelbank: een actieve buiging van de knie op de pendelbank dient om het kniegewricht te versoepelen en de beweeglijkheid te verbeteren. Dit is geen krachtoefening. We oefenen een 15-tal minuten.


Fietsen op de pedalo en/of hometrainer: je zit op een harde stoel en probeert te fietsen zonder weerstand gedurende 15 minuten. Evolueren naar fietsen op hometrainer, zonder weerstand, gedurende 15 minuten.


Trapoefening: onder begeleiding van de ergotherapeute wordt er aangeleerd hoe je best een trap op- en afgaat om bij ontslag een vlottere terugkeer te hebben naar de thuissituatie.


IJsapplicaties: 3x per dag gedurende 10 à 15 minuten, steeds met beschermende doek tussen het ijspak en de huid.

Hoelang moet ik kiné volgen na een heupprothese?

Meestal voorzien we een 30-tal beurten kinesitherapie. Bij een moeilijke revalidatie kan dit wat meer worden (tot 60 beurten). Te weinig oefenen is niet goed, maar te veel ook niet. Sommige patiënten ontwikkelen liespijn indien de oefeningen te zwaar zijn.

Wanneer mag ik weer fietsen na een heupprothese?

Van zodra je terug thuis bent, kan je onmiddellijk de hometrainer gebruiken, 2 tot 3 maal per dag, zonder weerstand (en met een wat hoger zadel) gedurende 10 minuten. Zodra je geen krukken meer hoeft te gebruiken, kan je ook buiten gaan fietsen. Je moet wel voldoende controle hebben over je been. Door de lage instap is een damesfiets in het begin aan te raden. Eens je voldoende kan steunen op het geopereerde been, kan je een heren- of koersfiets gebruiken.

Wanneer kan ik weer werken en mag ik zwaar werk doen na een heupprothese?

Na 6 weken moeten alle uitwendige en inwendige wonden volledig genezen zijn. Rond deze periode kom je op controle bij jouw chirurg, die zal beslissen wanneer het werk mag hervat worden. Meestal is dit na 2 tot 3 maanden, afhankelijk van het werk dat je doet.

Wanneer mag ik weer gaan autorijden na een heupprothese?

Om aan het verkeer deel te nemen dient u wettelijk uw voertuig volledig onder controle te hebben. Dit is meestal 2 à 6 weken na de operatie. Dit kan dus gevolgen hebben voor uw verzekering bij een ongeval. Rijd niet terwijl u nog verdovende medicatie neemt.
Ook zijn er een aantal maatregelen nodig: ga bij het instappen zijdelings op de zo ver mogelijk achteruitgeschoven zetel zitten met de benen buiten. Neem steun met beide handen en draai uw benen en romp gelijktijdig naar binnen. Plaats de zetel terug op de gewenste plaats. Plaats bij het uitstappen eerst de zetel achteruit en neem steun voor en achter u en draai dan uw romp en benen samen naar buiten en sta op.

Welke sporten mag ik doen na een heupprothese?

Het type sport moet steeds besproken worden met jouw chirurg. Je mag eigenlijk de meeste sporten beoefenen, maar vermijd overbelasting.

Aan te raden:

Fietsen: mag, maar in het begin dan wel op een damesfiets.

Zwemmen: mag vanaf de derde maand zonder beperking. Vermijd echter overdreven bewegingen met de benen bij schoolslag.

Wandelen: trek stevige schoenen aan en vermijd gladde en ongelijke wegen. Een wandelstok kan soms handig zijn, zeker in het begin.

Bowling en petanque: let wel op dat je steeds het niet-geopereerde been voorwaarts plaatst als steunbeen. Het geopereerde been maakt de beweging naar achter toe.

Golf: is toegestaan, maar maak wel gebruik van een golfwagentje.

Toegestaan mits ervaring:

Skiën: enkel makkelijke hellingen, in een rustig gebied om het risico op vallen te beperken.

Tennis: mag, maar je beperkt je beter tot dubbelspel.

Mag ik nog in de tuin werken na een heupprothese?

Dit kan zeker mits een aantal aanpassingen: bevestig bijvoorbeeld klein tuingerief aan een lange steel. Vermijd werkjes waarbij je steeds door de knieën moet.

Om te wieden en te planten, plaats je de knie van de geopereerde zijde aan de grond. Draai je echter niet om in deze houding.

Bij het spitten, duw je de spade in de grond met de voet van de geopereerde zijde, zodat je voldoende kan steunen op de niet-geopereerde zijde. Of gebruik een spade met springveer.

Welke beweging moet ik vermijden na een heupprothese?

Je mag alle normale dagelijkse activiteiten uitvoeren. Maar om het (weliswaar beperkte) risico op luxatie te vermijden, is het toch beter het geopereerde been niet ver over het andere te kruisen. Dit wordt ook uitvoerig besproken met de ergotherapeut.

Wanneer kan ik opnieuw seksuele betrekkingen hebben na een heupprothese?

Seksuele betrekkingen kunnen ten vroegste een zestal weken na de ingreep wegens de pijn na de operatie, de genezing van de wonde, het herstel van de spieren en het risico op ontwrichting. Na zes weken is het inwendig littekenweefsel sterk genoeg, zodat de kans op een ontwrichting (luxatie) minimaal is. 

Op de rug liggen is de meest comfortabele houding. Mannen geven eerder voorkeur aan de traditionele bovenliggende houding. Vrouwen vinden een zijligging op het niet-geopereerde been comfortabel. Zowel het tijdstip om de seksuele betrekkingen te hervatten als de houding zijn natuurlijk volledig afhankelijk van de eigen voorkeur. Je partner moet de richtlijnen die je meekreeg eveneens kennen en rekening houden met jouw bewegingsbeperkingen. Seks na een totale heupprothese is dus zeker mogelijk indien men zich aan de richtlijnen houdt en overdreven bewegingen vermijdt.